Alle mensen hebben een innerlijke dialoog. Dat stemmetje in je hoofd dat van alles vindt van wat je doet, zegt of laat. Onze gedachten staan nauwelijks stil en rollen de hele dag over elkaar heen.
Bij de meeste mensen is die innerlijke stem behoorlijk kritisch. Zo’n 85 procent van de mensen is zelfs kritischer tegen zichzelf dan dat ze zijn tegen anderen. De woorden die je stilletjes tegen jezelf zegt zijn vaak niet erg vriendelijk of opbouwend. Als iemand anders dat tegen jou zou zeggen, hoe zou je daarop reageren?
Ons brein maakt geen verschil tussen wat je van ‘buiten’ hoort of van jezelf. Uit breinonderzoek blijkt dat dezelfde delen van je hersens geactiveerd worden bij innerlijke dialogen of dialogen met anderen. Wat je tegen jezelf zegt komt dus net zo hard aan als wat een ander tegen je zegt.
Je denkt misschien dat die stevige taal je helpt om je doelen te bereiken. Om niet bij de pakken neer te zitten maar vooruit te gaan en te blijven ontwikkelen. Maar uit onderzoek blijkt dat het precies andersom is. Het negatieve geluid helpt je niet verder. Het helpt je eerder in de put. En uiteindelijk ben je daardoor juist eerder geneigd te stoppen met wat moeilijk voor je is.
Neem eens een lastige situatie in gedachten. Een grote fout die je hebt gemaakt. Een tegenslag waardoor je van je stuk bent. Een mislukking waar je teleurgesteld over bent. Wat zou je zeggen tegen een goede vriend of vriendin? Tegen een geliefde of een kind waar je van houdt? Grote kans dat je supportive zou zijn. De ruimte zou geven om even stil te staan bij hoe iemand zich voelt. Om vervolgens die ander te stimuleren en motiveren om veerkracht te tonen en te doen wat belangrijk voor hen is.
Als je nou eens zó tegen jezelf zou praten? Je innerlijke dialoog in een ondersteunende modus zou kunnen krijgen? Dat is zelfcompassie. Praten tegen jezelf als tegen iemand van je houdt.
We zeggen vaak: behandel een ander zoals je zelf behandeld wilt worden. Maar misschien is het wel beter om het ook eens om te draaien: ‘behandel jezelf zoals je een ander zou behandelen.’
Je bent het waard.
